Bomengids.nl |
Veel bomengidsen zijn superingewikkeld! Bomengids.nl houdt het zo simpel als het kan |
- Blad met onder wittige haartjes bij de nerf-vertakkingen en nootjes met duidelijke ribben die je niet kunt fijndrukken met de hand: Zomerlinde (Tilia platyphyllos). Boom tot 30 meter(2). Boom houdt in de herfst en winter de vrij veel nootjes nog aan de boom. De "nootjes" zijn ongeveer de helft kleiner dan een knoop.
- Blad met onder rossige haartjes: Winterlinde (Tilia cordata)(blad onder blauwachtig-groen, nerven van de derde orde niet uitspringend, haartjes rood(3)) of Hollandse linde (blad onder groen, nerven van de derde orde vrij duidelijk uitspringend(3) haartjes rossig, veel aangeplant)(kruising van zomerXwinter). Nootjes zonder duidelijk ribben die je wel kunt fijndrukken. Tot 35 meter. Het verschil tussen winterlinde en hollandse is vrij onmogenlijk vast te stellen vind ik.
- Onderkant van de bladeren wittig en licht reflecterend: Zilverlinde.
In sommige boeken (2)staat dat het blad van de Zomerlinde groter is dan de Winterlinde, maar de flora(3) ontkent dat. Er wordt ook geschreven dat het aantal nootjes bij zomerlinde klein zou zijn: bij de bomen die ik vond was dat niet waar. Verder heeft het blad vaak plakkend spul (soms zwartig) op zich en ligt dat ook onder de boom: dat is een suikermengsel die door bladluizen wordt geproduceerd dat je vaak op Linden ziet.
De Linden zijn in de winter vrij goed te herkennen aan hun characteristieke rode knoppen (behalve bij de zilverlinde waar de knoppen groen zijn). Vaak zie je ook wel, bij goed naar boven turen, met een kijker of iets dergelijks nog wat schutbladen van de vruchtjes of de vruchtjes zelf. De bast van bomen tot een meter in omtrek is vaak niet geheel glad maar wat "gebarsten". Bij dikkere bomen kan de bast wel heel ruw worden. Er zijn echter varianten die ook al onder de 1 meter omtrek heel ruwe bast hebben.